Storytelling

Wat je vindt, is soms mooier dan wat je zoekt. Het verhaal over de mooiste hortensia’s wandelt op een dag zomaar mijn woonkamer binnen. Zomer van 2022 leer ik Jacques kennen als opa van een vriendje van mijn dochter. Hij kwam bij ons langs om zijn kleinzoon op te halen. Jacques is een wat oudere man met een baardje, een zachte stem, uitspraak met een zachte G en een zachte uitstraling. We dronken thee, om de kinderen nog wat tijd te geven. Luisteren naar Jacques, raakte me. Hoe hij vertelde over vroeger toen hij hortensia´s naar de veiling bracht. ‘De mooiste hortensia´s!’, aldus Jacques met bezieling. In de periode na onze ontmoeting zag ik opeens dat in elke tuin hortensia´s staan. Wat veel eigenlijk. Vaak mooi, maar hoe zou ‘mooiste’ zijn? Jacques zou dat weten, dacht ik dan. Ik nam contact op of ik langs mocht komen om zijn verhaal helemaal uit te horen en vast te leggen. Het mocht. November 2022 bezoek ik Jacques en Belle, zijn vrouw in hun woning in Noord Limburg. Dit is hun verhaal.

Nog lang in de ban van hortensia’s

´Ik ben een tijdlang de man geweest die op de veiling van Aalsmeer de mooiste hortensia´s bracht. Ze waren er daar gek op. Op het hoogtepunt leverden we vanuit Frankrijk, Bretagne. Dat is de plek waar de mooiste hortensia´s groeien. Ik was er al langer mee bezig.’ Meneer Jacques houdt van hortensia´s. Deze liefde is hem met de paplepel ingegoten.

Jacques groeide op in Brabant. ‘Mijn vader had land tussen Bakel en Helmond in. De buren waren boeren. Hij kweekte groenten die hij naar de stad bracht. Mijn moeder was de bloemenvrouw. Ze had een tuin van hier tot ginder. Zij zat niet in de handel, maar gaf ze weg. Ze was een pittige tante. Ze had de broek aan en was er voor iedereen. Thuis waren we met twaalf kinderen. Ze was er ook voor ons. We woonden bij een bos. Veel van mijn broers en zussen gingen in de bloemen. Ik zat op de tuinbouwschool in Eindhoven. Het was mijn broer die bloemist was in de stad, waardoor ik ook het bloemenvak in ging. Hij vroeg of ik wat hortensia’s wilde plukken, voor in zijn winkel. Ik was nog jong en had tijd.

Horentesia’s na de bloei zoals ze bij boerderijen te vinden zijn

In het najaar zocht ik in de omgeving. Bij huizen waar ze mooie hortensiastruiken hadden, belde ik aan. Het liefst als er een hele rij stond. ´Mag ik wat van je oude bloemen plukken?’ Mensen vonden dat goed. ‘Neem maar wat mee.’ Toen ik daarmee begon, waren er nog niet zoveel mensen die zich ermee bezig hielden. In het begin werden de bloemen vooral gebruikt voor droogboeketten.

Er kwam ook vraag naar verse bloemen. Als jonge man nam ik een landstuk van mijn vader in gebruik als kwekerij. Het lag aan de overkant van de weg. Dat land heb ik helemaal vol gezet. Mijn eerste hortensia’s waren van het ras ´Altona´. Het is een sterke plant. Je kunt hem in verschillende kleuren hebben. Bordeaux rood, blauw. Een hortensia groeit en na een jaar kun je plukken. Zo ben ik begonnen.

Op zoek naar de beste bloemen, ging ik steeds verder van huis. Je gaat op pad. Gewoon maar rijden en dan kom je de goede plekken tegen. Het andere jaar hoef je niet meer te zoeken, dan kun je die plekken weer vinden.’ Zo kwam ik in België en Engeland. Maar Bretagne was uiteindelijk dé plek. Het klimaat is er goed. Het ligt dichtbij zee. Er waren er ook veel. Eerst ging ik er zelf plukken. Oktober was de beste tijd daarvoor. Ik knipte bloemen uit de struik. Ik knipte niet tot onder af aan. Het was meer uitdunnen en dan de mooiste eruit halen.´ Jacques gezicht glimt bij de herinnering.

Horentansia type Altona

´Uiteindelijk reden in Bretagne wel drie of vier bussen voor mij. Routes werden ’s avonds uitgestippeld. De chauffeurs kregen een kaart met vindplaatsen. De mensen bij wie ze knipten, gaven ze in ruil een zakje met tulpenbollen en narcissenbollen. ’s Avonds kwamen we weer bij elkaar, met volle vracht. De oogst van hortensia’s ging in dozen naar Helmond, naar de kwekerij aldaar. Een crew stond klaar om ze schoon te maken: voor de handel mag er geen enkel bruin plekje in zitten.

Na jaren pendelen tussen Nederland en Frankrijk vestig ik me in 2005 in Bretagne om er daar met mijn bedrijf voor te gaan. Het is na de dood van mijn eerste vrouw. Via een advertentie ontmoet ik een nieuwe grote liefde: Belle. Mijn vrouw had destijds gezegd ‘blijf niet alleen’. Ik plantte hortensia’s bij kastelen langs lange oprijlanen met rododendrons en hoge bomen. Een hortensia gedijt niet in de volle zon en kon daar goed tussen worden gezet.’

Na een periode van aftasten, sprong Belle in het diepe en gaat het Franse leven met Jacques delen. ‘We gingen meer lokaal werken: ook het verwerken vond nu in Frankrijk plaats. Gesnoeide stelen werden in bakken met water gezet. Voor een deel om vers door bloemisten te worden gebruikt. Zo lang mogelijk steel levert het meeste op. Knippen doe je met een tang, een schaar. De mooiste bloemen worden uit de struik gezocht. Iemand staat in de struik, knipt en gooit de geknipte stelen op het pad. Op het pad worden ze verzameld.

In Frankrijk had ik een bedrijf met mijn vrouw, toen nog vriendin, Belle en een compagnon. We brachten de mooiste bloemen naar de veiling van Parijs. Een kasteelheer gaf toestemming voor het maken van een enorm labyrint van hortensiastruiken op zijn land. We hebben daar rijen met hortensia’s aangeplant. De vorm was een labyrint. Een labyrint gaat van buiten naar binnen. Je kunt niet verdwalen. In een boek vond  een kleine houtsnede van labyrint Divini Amoris. Divini Amoris: ´liefde tot god of goddelijke liefde´.

Labyrinth

Dit labyrint heeft hij uitgezet op 7 ha. Het kostte wandelaars drie kwartier om in het midden terecht te komen. Paden vol met hortensia’s en bomen voor schaduw. Beeldhouwen was een activiteit die Jacques was begonnen naast de oogst van bloemen als ondernemer.

‘Rond het labyrint Divini Amoris organiseerden we beeldhouwvakanties. De elementen aarde, water , lucht en vuur vormden inspiratie tijdens de actieve vakanties. Deelnemers liepen tussen menshoge gegroeide hortensiastruiken het labyrint. Ze maakten vormen met schelpen aan zee. In de avond werd er op het kasteel gedineerd. Er was een tipi, de palen zelf gezaagd en geschaafd. Vuurkorven in het donker. Biertjes. ´Heerlijk´, zegt Jacques. Zijn gezicht straalt bij de herinnering.

‘We verdienden weinig, verbouwden groente die we aten. We hadden ook weinig nodig. In het hoogseizoen van de bloemenpluk werkten en leefden we zoals de Fransen. We lunchten tussen de werklui, eenvoudige mooie maaltijden, betaalbaar. ´Er werd gewerkt, gepauzeerd. Ja, dat zijn wij.´ Het was een fijne tijd. Het zag er goed uit, in het begin. Maar na dit hoogtepunt volgde een dieptepunt.

‘We begonnen met twintig Franse werknemers. Het aansturen ging niet makkelijk. De werkcultuur was er anders. We spraken de taal niet goed genoeg. Het kasteel was 800 km van de veiling in Parijs: hoge kosten van vervoer. We hadden toen meer kosten dan inkomen.’

Na een paar jaar liep alles in de soep. De kasteelheer hield zich niet aan de afspraken. Jacques was ter goeder trouw. ´Alles kon tot niks kon´, aldus Jacques. Misschien was er ook sprake van communicatieverwarring door niet voldoende beheersen van de Franse taal. Er werd steeds meer pacht gevraagd en teruggekrabbeld op gemaakte afspraken. Waar het bloemenlabyrint stond, werd mais gepland. Uiteindelijk zijn Jacques en Belle er dus mee gestopt.

‘Het viel om. Er kwamen steeds meer Nederlandse ondernemers die in kassen hortensia´s kweekten. Het was voor mij vanuit Frankrijk niet meer rendabel. Bij het vervoeren van hortensia’s, vervoer je ook veel lucht: de bloemen moeten ruim staan. Meer dan bijvoorbeeld rozen. Ze moeten op water staan. Daar zitten nog wel wat kosten aan met die vrachtwagens enzo. Dat is kostbaar´. Zijn bedrijf kon niet op tegen de Nederlandse kassen en hun afstand tot de veiling. ´ Toen hield het op. Het was fini. Het was over. Ik ging er niet mee zitten. Ik ging verder´, zegt Jacques nuchter.

Jacques en Belle laten de hortensia’s los. ‘Ik ga daar niet lang mee zitten. Dat is het niet waard.’ Ze zijn vindingrijk en gaan op zoek naar een nieuwe plek waar ze verder kunnen met beeldhouwcursussen. Het wordt Noord Frankrijk om ook dichterbij naasten te zijn in Nederland. Ze nemen de tipi mee en bouwen hun huis daar weer op. Belle doet werving van deelnemers en Jacques geeft lessen. Hij is geen prater, maar heeft twee rechterhanden. Ze vullen elkaar aan.

Helaas loopt het nog een keer mis. Opnieuw een kwestie van communicatieverwarring, geschonden vertrouwen en een onoplosbaar conflict. Een verhuizing, een nieuwe start. De teleurstelling is voelbaar. Er wordt een oplossing gezocht en gevonden. Tien mooie, rustige jaren volgen. Terugblikkend op hoe het gegaan is, zegt hij hoe hij het aanpakte. ´ Je doet het of je doet het niet. We zien wel wat het wordt´. Jacques de doener. ´Als iets niet lukte dan ging ik wat anders doen.´

Sinds twee jaar wonen Jacques en Belle weer in Nederland. Een kleine woning met grote ramen in Noord Limburg. Een mooie tuin rondom. Even verderop hebben ze weer een moestuin. De wereld van Jacques wordt kleiner. ´Ik ben vergeetachtig´, zegt hij. ´Ik ben vaak wat stil. Dementie op mijn naam´. Dan moet je dingen wel bijstellen. ´We zoeken andere manieren´, vertelt Belle. Hun droom om met een camper te gaan reizen, hebben ze losgelaten. ´Afscheid nemen van sommige dingen samen. Dat is een harde les, een waarheid´, vertelt ze. ´Het gaat zoals het gaat´, zegt Jacques. Ze zoeken hoe ze er mee om kunnen gaan. Af en toe eigen ruimte nemen, de ander dat gunnen. ‘Het is nu, hier en nu. De wereld is dan kleiner maar niet minder’, vertelt Belle.

In hun tuin staan beelden door Jacques. ´Ik hou van vrouwelijke vormen´, vertelt hij als hij ze laat zien. ‘Als ik hak, hak ik buiten. Ik hou van weinig er af halen, ik zie er wat in. Het zit er al in en ik hak het eruit.’ In hard steen, verschillende kleuren staan naakten, grote en kleine abstracte vormen met gaten, een engel. Er ligt een steen met nog een labyrint dat Jacques heeft gemaakt. Ik denk aan wat ik heb gelezen over de werking van labyrinth: je loopt naar binnen en dezelfde weg naar buiten. Je maakt contact met jezelf en laat los wat niet meer past. De weg blijft hetzelfde, jij verandert en daarmee je perspectief. Er is geen goed of fout, het gaat om de ervaring.

Bewerking van interviews Jacques en Belle, 14 en 15 november 2022. Met dank aan Jacques en Belle, voor hun openheid en gastvrijheid. Hun namen zijn om privacy redenen gewijzigd.

Geïnspireerd Jacques werkwijze imiteren